Mohammed Ben Sulayem blijft racen vanwege vreemde regels en is boos dat Max Verstappen “geen rapper” is en heeft gezworen iedereen te straffen die tijdens officiële FIA-evenementen grof taalgebruik gebruikt.
In de wereld van de autosport woedt een felle discussie over taalgebruik, regels en de rol van rolmodellen. Mohammed Ben Sulayem, de controversiële president van de Fédération Internationale de l’Automobile (FIA), blijft onvermoeibaar strijden tegen wat hij ziet als een erosie van de morele standaarden in de Formule 1 en andere kampioenschappen. Zijn recente uitlatingen, waarin hij Max Verstappen omschrijft als “geen rapper” vanwege diens scheldpartij, onderstrepen een diepgewortelde frustratie. Ben Sulayem heeft gezworen dat hij iedereen zal straffen die tijdens officiële FIA-evenementen grof taalgebruik bezigt, een belofte die de sport op scherp zet. Maar waarom blijft hij hierop hameren, en hoe beïnvloedt dit de toekomst van de koningsklasse van de autosport?
De wortels van deze strijd liggen in een reeks incidenten die de FIA-topman al langer dwarszitten. Als voormalig rallyrijder kent Ben Sulayem de adrenaline en frustraties van het racen als geen ander. Toch ziet hij in de moderne Formule 1 een generatie coureurs die hun emoties te vrijelijk uiten, vooral via de boordradio en in persconferenties. “We leven in een tijd waarin kinderen naar ons kijken als helden”, zei hij onlangs in een interview met Rwanda TV, verwijzend naar de bredere impact van de sport. Zijn kruistocht begon serieus in 2024, toen hij coureurs opriep om hun taal te matigen. Een dag later liet Max Verstappen, de viervoudige wereldkampioen, precies het tegenovergestelde zien tijdens de persconferentie voor de Grand Prix van Singapore.
Verstappen, de onbetwiste ster van Red Bull Racing, had het over de balansproblemen van zijn auto in Azerbeidzjan en liet achteloos vallen: “De auto was fucked.” Het woord, een klassieker in de informele racerij, schoot bij de stewards in het verkeerde keelgat. Vooral omdat Ben Sulayem net had aangekondigd dat grof taalgebruik strenger zou worden aangepakt. De consequentie was een primeur: een taakstraf voor de Nederlander, die werk moest verrichten voor de samenleving. In plaats van een boete koos de FIA voor een symbolische straf, waarbij Verstappen jonge aspirant-racers in Rwanda moest inspireren. Op beelden van de Rwandese televisie is te zien hoe hij, vergezeld door Ben Sulayem en de lokale minister van Sport, een crossauto bouwt met enthousiaste tieners. “Maak je geen zorgen, Max”, zou de FIA-president hebben gezegd. “Je gaat jonge meisjes en jongens aanmoedigen die de autosport in willen.”
Verstappen zelf was aanvankelijk furieus. Hij noemde de straf “belachelijk” en reageerde in latere persconferenties met stilzwijgen, uit protest tegen wat hij zag als betutteling. “Ik kan mijn mening niet geven, want dan krijg ik weer een straf”, bromde hij na de Grand Prix van Saudi-Arabië. De Grand Prix Drivers’ Association (GPDA), de belangenvereniging van de coureurs, sloeg hard terug. In een statement uit november 2024 eiste de GPDA meer transparantie over de besteding van boetes en een open dialoog met de FIA. “We vragen de president al drie jaar om details”, schreven ze, verwijzend naar de torenhoge straffen die dreigden: tot 120.000 euro boete, een maand schorsing en puntenaftrek bij herhaalde overtredingen. De coureurs voelden zich gekoeioneerd, vooral omdat de regels onevenredig hard leken voor Formule 1 in vergelijking met rally of karting.
Ben Sulayems reactie op Verstappens uitbarsting was typisch scherp en persoonlijk. In een video-interview dat recentelijk viral ging, noemde hij de Nederlander spottend “geen rapper”. “Max is een coureur, geen rapper die op het podium staat te vloeken voor een microfoon”, sneerde hij, verwijzend naar de hiphop-cultuur waar schelden vaak deel uitmaakt van de expressie. Deze opmerking, hoewel humoristisch bedoeld, raakte een gevoelige snaar. Het onderstreept Ben Sulayems conservatieve visie: coureurs zijn rolmodellen voor een wereldwijd publiek, inclusief families en kinderen. Hij vreest dat ongebreideld taalgebruik de sport afschrikt van sponsors en overheden, en hij is bereid ver te gaan om dat te voorkomen. “Ik heb gezworen iedereen te straffen die tijdens officiële FIA-evenementen grof taalgebruik gebruikt”, verklaarde hij in een post op Instagram. “Dit is geen onderhandelpunt; het gaat om respect voor de sport.”
De regels zelf zijn inderdaad vreemd, zoals Ben Sulayem het zelf omschrijft in zijn verdediging. In januari 2025 introduceerde de FIA een stapsgewijze strafmaatstaf: een waarschuwing bij de eerste overtreding, een boete van 40.000 dollar bij de tweede, en bij de derde de volle lading met schorsing. Deze escalatie, vermenigvuldigd met een factor vier voor Formule 1, leidde tot verontwaardiging onder rallyrijders, die milder werden behandeld. “Mensen maken regels, en mensen kunnen ze beter maken”, schreef Ben Sulayem later op sociale media, erkennend dat feedback van coureurs uit alle kampioenschappen hem deed inzien dat aanpassingen nodig waren. Rallyrijders, gewend aan ruwere omstandigheden, lobbyden succesvol voor versoepelingen.
In mei 2025 kondigde de FIA de herziene richtlijnen aan, direct in opdracht van Ben Sulayem. Belangrijkste verandering: stewards mogen nu onderscheid maken tussen “gecontroleerde” en “ongecontroleerde” omgevingen. Schelden op de baan, midden in de hitte van de strijd, wordt lichter bestraft dan in een persconferentie, waar microfoons altijd aanstaan. Boetes zijn lager, en bij een eerste overtreding kan een straf zelfs voorwaardelijk zijn. “Als voormalig rallyrijder begrijp ik de emoties tijdens een race”, lichtte Ben Sulayem toe. Deze aanpassing lijkt een compromis, geboren uit de rel rond Verstappen, maar ook uit bredere kritiek. De GPDA prees de dialoog, al blijft de spanning sluimeren.
Toch blijft Ben Sulayem racen – figuurlijk gesproken. Zijn presidentschap, dat loopt tot de verkiezingen eind 2025, hangt deels af van deze hervormingen. Critici zien hem als een ouderwetse figuur die de sport verstikt met morele preken, terwijl fans hem prijzen om zijn vasthoudendheid. Verstappen, intussen, heeft de taakstraf omarmd. “Ik was nerveus in Qatar, maar het idee om kinderen te inspireren was geweldig”, gaf hij toe in een recent interview. De omhelzingen in Rwanda bleken een PR-succes voor beiden: Ben Sulayem toont menselijkheid, Verstappen zijn betrokkenheid.
Deze saga onthult een dieper conflict in de Formule 1: de clash tussen rauwe passie en gepolijste presentatie. Terwijl Ben Sulayem zweert op strengheid, heeft hij al toegegeven dat flexibiliteit nodig is. Zal dit leiden tot een harmonieuzere sport, of blijft de rap versus racerij-discussie broeien? Met het seizoen 2026 in het vizier, waar nieuwe regels over motoren en aerodynamica de headlines domineren, lijkt taalgebruik een relatief klein, maar symbolisch gevecht. Eén ding is zeker: Mohammed Ben Sulayem stopt niet met racen tegen de stroom in. Hij vecht voor een schone, inspirerende autosport – of de coureurs dat nu leuk vinden of niet.
